donderdag 15 juni - 13:17
Chris van der Meulen is 39 jaar en maakte op zijn 17e al zijn debuut in het eerste elftal van Berkum, de club die hij altijd trouw bleef. Ook maakte hij bijna 200 officiële doelpunten. Nu neemt hij afscheid. Alle redenen voor Zwolle Sport om hem 5 vragen te stellen.
1. Waarom is het na meer dan 20 jaar in het eerste elftal van Berkum mooi geweest?
“Dat is een combinatie van factoren. Ik wil graag wat meer ruimte in mijn agenda en niet elke week die verplichtingen. Ik ben nu 39 jaar, heb een gezin met vier kinderen, daar maak ik nu ook meer tijd voor vrij. Bovendien ben ik door mijn ernstige blessure die ik vorig jaar april opliep gaan relativeren. Er is meer dan alleen maar prestatievoetbal. Gelukkig ben ik nu nog basisspeler en was ik afgelopen seizoen ook van waarde. Daarnaast hebben we een geweldige prijs gewonnen met Berkum, namelijk de beker. Dat allemaal maakt dat ik het nu mooi en goed kan afsluiten.”
2. Hoe komt het dat je Berkum altijd trouw bent gebleven?
“Ik heb het sportieve altijd belangrijker gevonden dan het geld, want ik kon in het verleden ook wel naar andere clubs. Berkum is in al die jaren van een gemiddelde vereniging doorgegroeid naar het huidige niveau, maar is altijd een warme club gebleven. Om daar samen met mijn broertje Marc onderdeel vanuit te maken gaf mij ieder seizoen veel voldoening. Opgeteld zijn het allemaal redenen waarom ik Berkum trouw ben gebleven. Het is trouwens ook wel een tip van mij voor veel spelers. Kijk wat je hebt en ga niet zomaar naar een andere club. Hier spreekt opa Chris, ha, ha, maar zo zie ik het wel.”
3. Op vrijdag 7 juli neem je afscheid in een wedstrijd tegen PEC Zwolle. Wat verwacht je?
“Het is natuurlijk erg leuk om je laatste wedstrijd te spelen tegen een ploeg als PEC Zwolle. Nog eenmaal ernaar toe leven. Oftewel nog één keer in die kleedkamer, nog één keer een warming-up en nog één keer het veld opkomen. Het is ook bijzonder dat mijn oudste zoon Berkum juist inwisselt voor PEC Zwolle en dan pupil van de dag is. Zo komt er veel bij elkaar en hoop ik dat het mooi feestje voor veel mensen wordt. Maar volgens mij komt dat wel goed, want mijn broers zitten in het organisatiecomité, ha,ha.”
4. Hoe ziet jouw voetbaltoekomst of moeten we zeggen toekomst zonder voetbal er straks uit?
“Ik blijf zeker actief, ga ook andere sporten doen zoals de Halve Marathon en de Berkumloop, maar ook padellen met vrienden en tennissen met mijn vrouw. En ja, ik blijf voetballen, met kameraden in het derde. Dat houdt in vrijblijvend trainen op de dinsdagavond en het zal best wel voorkomen dat ik op zaterdag een wedstrijdje oversla, om bijvoorbeeld bij het eerste te gaan kijken.”
5. Tot slot. Welk moment blijf je het meeste bij?
“Dat is lastig kiezen. Ik denk aan beslissende en mooie doelpunten, de promotie naar de toenmalige hoofdklasse en ook de bekerwinst dit jaar. Daarnaast mijn debuut 22 jaar geleden tegen Nieuwleusen. Ik was 17 jaar, we wonnen met 4-1 en ik scoorde. Maar toch ook mijn ernstige blessure. Twee momenten springen er écht uit voor mij. Het samenspelen met mijn broertje Marc. We hadden altijd voor en tijdens de wedstrijden ons momentje. En dat ik na mijn blessure tegen ‘d Olde Veste de winnende goal maakte, dat mijn kinderen aan de kant stonden en we elkaar in de armen vielen. Die algehele vreugde, die emotie, maar ook die overwinning op mezelf na mijn blessure, dat vergeet ik nooit meer.”